Chronisch ZorgNet

15 november 2023

COPD? 5 redenen voor vroege verwijzing naar een longtherapeut

Vandaag is het Wereld COPD Dag, een dag om aandacht te vragen voor deze longziekte.

Voeding, beweging en goede ademhaling. Cruciale factoren waar de patiënt zelf invloed op kan uitoefenen. Bij vroege signalering van de ziekte COPD ligt hier vaak niet de nadruk op, maar wordt vooral stoppen met roken en medicatietrouw voorop gezet. Een gemiste kans, aldus longtherapeut Jenny Zwiggelaar. ‘Informeer de patiënt in een vroeg stadium over het ziektebeloop en adviseer over factoren, waar hij of zij zelf invloed op heeft. Op tijd erbij betekent kwaliteit erbij. Het is niet altijd eenvoudig alle informatie bij de patiënt te laten landen, als ze net weten dat ze COPD hebben. De therapeuten van Chronisch ZorgNet zijn hierbij zeer waardevol als partner.’

De 5 redenen voor doorverwijzing naar een Chronisch ZorgNet longtherapeut bij vroege signalering van COPD zijn:

1.       Meerwaarde van beweegtherapie
Fysiotherapie in de eerste lijn is effectief bij milde tot ernstige COPD. Door gerichte oefeningen en persoonsgerichte zorg neemt de symptoomlast af en de kortademigheid vermindert,’ aldus Jenny. ‘Door training verbetert de fysieke capaciteit en door gerichte coaching verbetert de fysieke activiteit. Hierdoor nemen ook angst en depressie af.’

2.       Zorgverleners met kennis en ervaring
De 1500 longtherapeuten van Chronisch ZorgNet onderscheiden zich door uitgebreide scholingen, onder andere in de KNGF-richtlijn en gespreksvoeringstechnieken. Jenny: ‘Deze investering in scholing en persoonlijke ontwikkeling kenmerkt de gedrevenheid en affiniteit met deze doelgroep. Dat is noodzakelijk: want het behandelen van een patiënt met COPD vraagt meer dan enkel trainen. Denk aan de juiste ademhaling, goede hoesttechnieken, aanpassing van het beweeggedrag, begeleiding bij rookstop en aanpassing van het tempo in het dagelijks leven. Vergeet daarbij niet de schaamte, de angst voor de kortademigheid of benauwdheid en depressieve gevoelens door het verlies van functioneren bij bijvoorbeeld sport, werk en hobby’s. De Chronisch ZorgNet zorgverlener is bekend met het brede scala aan problematiek en de impact op het dagelijks leven.’

3.       Eenvoudig vindbaar en bereikbaar‘De Chronisch ZorgNet longtherapeut is eenvoudig te vinden,’ legt Jenny uit. ‘Op de zorgzoeker zijn meer dan 1500 longtherapeuten vindbaar. Deze zijn verspreid over het land, waarmee een landelijke dekking is bereikt. Voor elke patiënt is een gespecialiseerde zorgverlener in de buurt te vinden. Zo wordt de reisafstand naar de praktijk en de drempel voor de zorg verlaagd.’

De behandelingen van deze therapeuten worden uit de basisverzekering vergoed. De therapeuten van Chronisch ZorgNet voldoen aan de eisen van selectieve inkoop, geldig voor 2023 en 2024. 

4.       Fysiotherapie is al zinnig bij een lage ziektelast‘Fysiotherapie is al waardevol bij een lage ziektelast. Eeuwig zonde om pas aan beweegzorg te denken als een COPD-patiënt in het ziekenhuis belandt door een longaanval. Bij een beperkte ziektelast en goed functioneren speelt de longtherapeut een coachende en signalerende rol. De longtherapeut beoordeelt tijdens de contactmomenten het fysieke functioneren, beweeggedrag en mogelijkheden actief te blijven in sport en werk. De impact kan verminderen door persoonlijke adviezen, zoals aanpassing van tempo en ademhalingstechnieken. Slechts 1% van de patiënten maakt nu gebruik van deze zorg, terwijl 50% van de COPD-gediagnostiseerde voldoende fysiek actief is. Ter vergroting van de impact en ter voorkoming van verslechtering dient deze patiëntengroep eerder te worden gezien. 

5.       Monitoring en samenwerking
Een patiënt is bij Chronisch ZorgNet therapeuten in goede handen: Ze nemen vragenlijsten en testen gestructureerd af. Zo brengen ze de patiënt goed in kaart en monitoren ze op de juiste manier. De terugkoppeling naar de verwijzende arts is standaard. Zo wordt de juiste informatie gedeeld. Ook is er nauw contact met een Chronisch ZorgNet diëtist, want goede training kan niet zonder de juiste voedingstoestand, zoals ook is beschreven in de nieuwste multidisciplinaire richtlijnmodule.