Chronisch ZorgNet

Stand van zaken bij specialisatie Long

11 oktober 2021

Door: hart, -vaat-, longfysiotherapeut Mpt en projectmedewerker Long Jenny Zwiggelaar     

Er is sinds mijn laatste blog zo veel gebeurd, voor én achter de schermen, dat ik het tijd vond om jullie middels een nieuw blog op de hoogte te brengen.

Groei aantal longfysiotherapeuten
Het aantal fysiotherapeuten met de specialisatie Longaandoeningen bij Chronisch ZorgNet groeide het afgelopen half jaar tot maar liefst 1500 therapeuten. Een prachtige ontwikkeling om meerdere redenen.

Gemotiveerd en goed op de hoogte
In de eerste plaats is het ontzettend fijn om te zien dat er zoveel collega’s zijn die zich (blijven) specialiseren en verdiepen in de beste beweegzorg voor de longpatiënten. Ik gebruik hier bewust het woord ‘blijven’. Dat is nodig ook, want de beweegzorg ontwikkelt zich continu. Zo bracht KNGF in juli 2020 de nieuwe richtlijn uit voor de behandeling van COPD. Dat was voor mij, en alle andere Chronisch ZorgNet longfysiotherapeuten, hét startsein om me snel te scholen in deze nieuwe richtlijn. Zo behandelen we patiënten volgens de laatste evidence-based inzichten.

Altijd in de buurt
In de tweede plaats is het grote aantal Chronisch ZorgNet therapeuten met de specialisatie Longaandoeningen een groot voordeel voor longpatiënten. Deze gespecialiseerde therapeuten zijn verspreid over heel Nederland. Dat betekent dat er voor longpatiënten altijd een Chronisch ZorgNet therapeut met de specialisatie Longaandoeningen in de buurt te vinden is dankzij Chronisch ZorgNet Zorgzoeker. Fijn, als de patiënt al niet veel energie heeft en de bereikbaarheid van de therapeut goed is. Dat kan net het verschil maken of de behandeling gestart wordt. En ja, dan ben ik gewoon trots dat ik dat samen met andere longfysiotherapeuten mogelijk maak, zowel vanuit mijn rol als deelnemende therapeut als vanuit mijn rol als medewerker bij Chronisch ZorgNet.

Meer inzicht
Er is een derde reden. Met meer Chronisch ZorgNet therapeuten, komen er meer data en dus meer kansen om de behandeling verder te verbeteren! Maandelijks sturen alle therapeuten behandeldata naar de LDF (landelijk database fysiotherapie). Geselecteerde data van de Chronisch ZorgNet therapeuten worden vervolgens doorgestuurd naar het Kwaliteitssysteem van Chronisch ZorgNet. Hierin worden inzichten verkregen over de patiëntenpopulatie en behandeleffecten. Deze data wordt binnenkort weergegeven in persoonlijke portfolio’s van alle Chronisch ZorgNet longtherapeuten. Door meer inzicht te krijgen in de behandeldata kan elke therapeut reflecteren op zijn eigen handelen en daarvan leren. Hier kan uiteindelijk de behandeling effectiever gemaakt worden. Over de weergave van deze data is goed nagedacht. Dankzij eenvoudig te interpreteren diagrammen kan ik veel beter inzicht krijgen in de vele getallen en gegevens die ik tijdens de behandelingen verzamel. Daarnaast wordt een duidelijke uitleg gegeven in een gratis online training die Chronisch ZorgNet heeft ontwikkeld. Zo wordt een eventuele verkeerde interpretatie voorkomen. Om die diagrammen te lezen hoef ik dus geen dataspecialist te zijn. Gelukkig, want ik concentreer me het liefst op de behandeling van patiënten.  

Meer gespecialiseerde therapeuten, nieuwe scholingen en betere feedback over de behandeling zijn al flink wat ontwikkelingen, maar dan heb ik nog een hele belangrijke niet genoemd.

Vektis en selectieve inkoop
Alle specialisaties van Chronisch ZorgNet zijn ondertussen in Vektis zichtbaar. Door deze automatische koppeling die Chronisch ZorgNet met Vektis heeft, zijn mijn specialisaties gekoppeld aan mijn persoonlijke AGB-code. Dit is van belang als zorgverzekeraars selectieve inkoop voor COPD invoeren. Dankzij de registratie in Vektis zien zorgverzekeraars dat ik ben aangesloten bij Chronisch ZorgNet. Chronisch ZorgNet wordt erkent als kwaliteitsnetwerk, waardoor ik voldoe aan de eisen van selectieve inkoop. Dit is niet alleen belangrijk voor therapeuten, maar ook voor patiënten. Als de zorgverzekeraar van mijn patiënt per 1 januari 2022 kiest voor selectieve inkoop bij COPD, dan kan ik de behandeling zonder problemen voortzetten. Het is prettig dat mijn patiënten en ikzelf daar niet druk om hoef te maken. Je bouwt toch een vertrouwensrelatie op met de patiënt die je vaak gedurende een lange periode behandeld. Dan is het niet fijn als een patiënt plotseling zou moeten wisselen van therapeut.

Heel veel ontwikkelingen dus, waar ik niet alleen als Chronisch ZorgNet therapeut mijn bijdrage aan lever, maar ook als medewerker in het team van Chronisch ZorgNet. Vanuit deze dubbelrol zie ik pas echt goed de kracht van een landelijke organisatie waarbij iedereen zich inzet voor het leveren van de beste beweegzorg. Samen bereik je meer. Heb jij daar ook goede ideeën voor? Laat dan eens van je horen!

 

Terug naar overzicht