Chronisch ZorgNet

Het Kwaliteitssysteem wordt uitgebreid!

16 juli 2020

Door Mickey Saes

 

 

Inzicht in doelmatigheid en kwaliteit van geleverde zorg is van essentieel belang binnen de fysiotherapie. Het is nodig om de zorg nog verder te kunnen verbeteren. Om deze inzichten te verkrijgen zijn gegevens nodig, zoals patiëntkenmerken en behandelresultaten. Daarom is in 2015 het Chronisch ZorgNet Kwaliteitssysteem geïntroduceerd (al was het toen nog het ClaudicatioNet Kwaliteitssysteem). Sindsdien leveren alle aangesloten therapeuten elke maand behandeldata aan van patiënten met PAV. Inmiddels hebben we al van 39.000 PAV-patiënten data verzameld. Het Kwaliteitssysteem is de afgelopen jaren steeds verder ontwikkeld. Zo werd het voor Chronisch ZorgNet therapeuten mogelijk om de eigen data te bekijken middels visuals. Ook zagen we de laatste tijd de aangeleverde data steeds completer worden. Kortom, veel positieve ontwikkelingen!

Helaas gooide corona ook hier roet in het eten. Vanaf maart zagen we het aantal therapeuten die data aanleverde met een kwart afnemen. Dit is uiteraard begrijpelijk, want de fysiotherapiepraktijken moesten een paar maanden sluiten. Gelukkig mochten de praktijken in juni weer hun deuren openen. En wij zijn blij om te zien dat ook de dataverzameling daarmee weer wordt opgepakt.

Nu de dataverzameling weer op gang komt, is het een goed moment om een update te geven over de stand van zaken van ons Kwaliteitssysteem. Er komen namelijk weer veel mooie ontwikkelingen aan! Zoals jullie weten, kunnen aangesloten therapeuten sinds de start van Chronisch ZorgNet (afgelopen maart) meerdere specialisaties behalen. Ze kunnen zich naast de specialisatie PAV ook specialiseren in hartrevalidatie en/of longaandoeningen. Met deze uitbreiding willen we ook het Kwaliteitssysteem gaan uitbreiden. Want ook voor hartrevalidatie en de longzorg is het belangrijk dat de doelmatigheid en kwaliteit kan worden gemonitord.

De afgelopen maanden hebben we hard gewerkt om de dataverzameling voor hart- en longpatiënten op te zetten. Op welke momenten welke data verzameld dient te worden, is besloten door de expert‑werkgroepen, bestaande uit fysiotherapeuten. Er zijn twee expert-werkgroepen: eentje voor hartrevalidatie en eentje voor COPD. Zij hebben bepaald welke klinimetrie gebruikt dient te worden. Hierbij werd gekeken naar de bestaande KNGF-richtlijnen en de minimale dataset voor COPD. Ook zijn de volgende drie punten in overweging genomen: wetenschappelijke relevantie, administratielast en relevantie voor de fysiotherapeut en patiënt. Wetenschappelijke relevantie betekent hier dat van een meetinstrument is aangetoond dat het meet waarvoor het bedoeld is (in andere woorden het is betrouwbaar). De administratielast willen we natuurlijk zo laag mogelijk houden. Een meetprotocol (een set van klinimetrie) mag dus niet onnodig veel tijd kosten om te gebruiken. En als laatste dient een meetinstrument informatie te verschaffen waar de therapeut in de praktijk meerwaarde uit kan halen, waardoor de behandeling van de patiënt wordt geoptimaliseerd. Rekening houdend met al deze factoren hebben beide werkgroepen de klinimetrie samengesteld.

Naast besluiten over de klinimetrie, maakten de expert-werkgroepen ook keuzes over de meetmomenten binnen een behandeltraject. Deze moeten zorgvuldig bepaald worden, zodat op relevante momenten in het behandeltraject inzicht in de vooruitgang van de behandeling verkregen kan worden. Hierin wordt de afweging gemaakt dat niet té vaak gemeten wordt, maar wel vaak genoeg, passend bij de duur van een behandeltraject.

Dus, in het kort: inmiddels hebben de expert-werkgroepen hun besluiten genomen over de zogenoemde meetprotocollen voor COPD en hartrevalidatie. In deze meetprotocollen staat beschreven welke klinimetrie op welke meetmomenten afgenomen moet worden. De protocollen zijn beschikbaar op onze website.

De eerste stappen voor de dataverzameling van COPD en hartrevalidatie zijn gezet. Als volgende stap gaan we alle fysiotherapeuten die deelnemen aan Chronisch ZorgNet informeren over het verzamelen en versturen van data.

Terug naar overzicht